Niet de heksen waren het probleem : Deel 2

Vrouwen, Vikingen
en een ander Europees spoor

Waar de Noordenwind waaide

 

Wanneer we spreken over vrouwelijke macht in Europa, lijkt het verhaal vaak eenduidig: een gestage afname van ruimte, autonomie en erkenning naarmate Romeinse en later christelijke structuren dominanter werden. Maar dat beeld is niet volledig. In het noorden van Europa bestond lange tijd een ander wereldbeeld, één waarin vrouwelijke autonomie minder vanzelfsprekend werd ingeperkt. De Noorse en Vikingcultuur vormt daarin een belangrijk tegenwicht. De samenlevingen van Scandinavië en het bredere Germaanse gebied waren anders georganiseerd dan het Romeinse rijk. Macht was minder gecentraliseerd, meer verweven met familie, eer en onderlinge relaties. Het wereldbeeld was cyclisch en lotsgericht. Niet alles was vastgelegd; veel was in beweging. Dat had directe gevolgen voor de positie van vrouwen.


Vrouwen in de Vikingtijd hadden rechten die elders in Europa zeldzaam waren. Zij konden bezit erven en beheren, een huwelijk ontbinden, zelfstandig handelen binnen huis en hof, en een zichtbare rol spelen in economie en gemeenschap. De symboliek van de sleutel — gedragen door vrouwen — staat niet voor onderdanigheid, maar voor gezag. Wie de sleutels droeg, had toegang, beheer en verantwoordelijkheid.

 

Ook spiritueel gezien namen vrouwen een duidelijke plaats in. De völva, de zieneres en seiðr-beoefenaar, was een erkende figuur. Zij werkte met lot, tijd en verandering. Haar kennis was niet marginaal, maar werd geraadpleegd door gemeenschappen en leiders. Zelfs Odin, de oppergod, zocht deze vorm van vrouwelijke magie op — ondanks het feit dat zij voor mannen als ‘onmannelijk’ werd beschouwd. Dat zegt iets wezenlijks: dit weten werd niet als laag gezien, maar als krachtig.

 

Vanaf de achtste eeuw verspreidden Noorse en Deense groepen zich over grote delen van Europa. Zij vestigden zich in Engeland, Ierland, Normandië, kustgebieden van de Lage Landen en langs handelsroutes. Met hen kwamen niet alleen zwaarden en schepen, maar ook sociale gewoonten en juridische opvattingen. In gebieden waar Vikingen zich blijvend vestigden, zien we opvallend vaak sporen van sterkere vrouwelijke rechten en een langere aanwezigheid van lokale gebruiken. Dat betekent niet dat deze samenlevingen gelijkwaardig waren in moderne zin. Ook hier bestonden duidelijke rolpatronen en machtsverschillen. Maar vrouwelijke autonomie werd minder snel als problematisch gezien. Een vrouw die sprak, handelde of beheer voerde, doorbrak niet automatisch de orde.

 

Toch bleef ook deze wereld niet onaangetast. De kerstening van Scandinavië voltrok zich later dan elders, maar uiteindelijk even grondig. En met die kerstening herhaalde zich een bekend patroon. Vrouwelijke rituele rollen verdwenen uit het publieke domein. Seiðr werd verdacht. De völva veranderde van gerespecteerde figuur in een schimmige herinnering. De kennis verdween niet, maar werd opnieuw verplaatst: naar huis, haard en dagelijks leven.

 

Wat overbleef, waren verhalen. Fragmenten in sagen, liederen en folklore, vaak opgetekend door christelijke schrijvers die deze vrouwen al met een waarschuwende blik bekeken. Het oude weten bleef bestaan, maar zonder erkenning, zonder titel, zonder bescherming.

 

De invloed van de Noorse wereld op Europa was daarmee verzachtend, maar niet transformerend.


Zij hield ruimte open waar die elders al gesloten was. Zij herinnerde Europa eraan dat macht ook anders georganiseerd kon zijn. Maar uiteindelijk werd ook deze cultuur ingekapseld in het dominante Romeins-christelijke model.

Toch is haar spoor niet verdwenen. Het leeft voort in regionale verschillen, in hardnekkige gebruiken, in verhalen waarin vrouwen net iets vrijer bewegen dan de norm toelaat. En in de herkenbare lijn die loopt van druidin naar völva, van wijze vrouw naar heks. Niet omdat deze vrouwen steeds hetzelfde deden, maar omdat hun manier van weten telkens opnieuw botste met systemen die controle boven relatie stelden.

De Noordse wereld laat daarmee iets essentieels zien:  


Dat de marginalisering van vrouwelijke macht geen vanzelfsprekend historisch eindpunt is, maar een keuze!

Een keuze voor hiërarchie boven samenhang, voor centralisatie boven cyclisch denken. En misschien is dat haar stille nalatenschap: Niet als alternatief verleden om naar terug te verlangen, maar als herinnering dat het ook anders kon, en dus ook anders kan.